Het onmogelijke [update]

Met nog één speelronde te gaan was ons vlaggenschip na een sterk seizoen op een gedeelde eerste plaats terecht gekomen: gelijk in match- en bordpunten met concurrent 3 Torens. Omdat we eerder dit seizoen van hen verloren hadden, was het noodzakelijk om in de laatste ronde een half bordpunt meer te scoren om het kampioenschap in de eerste klasse binnen te tikken. De vooruitzichten waren gunstig: 3 Torens moest nog tegen nummer 3 CHESS, terwijl we zelf tegen het lager geplaatste WSV aan mochten treden, van wie we vorige jaar – weliswaar geflatteerd – met 0,5-7,5 hadden gewonnen. Het bleef echter bij slechts gunstige vooruitzichten: CHESS werd door onze concurrenten met 6,5-1,5 verslagen, wat maakte dat we met 7-1 van WSV moesten winnen. Met die nagenoeg onmogelijke opdracht togen we naar Waddinxveen.

 

De avond begon voorspoedig. Edo was supergemotiveerd en speelde het oud-Hollandse spel ‘ de dood of de gladiolen’ tegen Ronald Dannis. Edo opende met zijn gebruikelijke opening en was dus op bekend terrein. Nadat beiden kort gerokeerd hadden voerde Edo de druk op de zwarte koningsvleugel erg op. Dit leverde al vrij snel een heel goede stelling op en iets later een volle pion met uitzicht op een 2e en een echte baggerstelling voor Ronald (aldus Edo). Toen Ronald  wat mindere zetten deed zag hij al snel het nutteloze van de strijd in. Een mooie prestatie van Edo, het eerste punt was binnen!

Léon ruilde met zwart al snel dames af, en bezorgde wit een dubbelpion. Zijn paardenpaar bleek gemakkelijker te activeren dan wits loperpaar, en gestaag werd druk op de witte pionnenstelling opgebouwd. De witte stukken trokken zich troosteloos terug op de eerste rij, de witte koning raakte verstrikt in een net van zwarte stukken. Toen een eerste pion buit gemaakt werd, liet wit in reeds hopeloze stelling een paardvork toe wat direct het tweede bordpunt opleverde!

Richard koos in het middelspel voor een interessant paardoffer. Hij kreeg er twee pionnen voor terug met uitzicht op meer hout. Op een gegeven moment had hij zelfs vier pionnen voor zijn stuk en kon hij bogen op voordeel. Helaas koos hij toen voor het verkeerde plan: in plaats van zijn pionnen naar voren te stuwen, ruilde hij de dames af. Het gevolg: zijn eigen pionnen werden zwak en vielen als rijpe appelen. Daarna was er geen houden meer aan: 1-2

In een ultieme poging, om een saaie remise te ontlopen offerde Jeroen een kwal. Hij kreeg er een pion voor terug en de verste vrijpion. Op zich een foute keuze, maar dit leek hem de enige kans om remise te ontlopen. Er zat echter nog een sterke zet in van zijn tegenstander die Jeroen onderschat had. Zijn a3-pion ging er vrij snel af, en de partij was daarmee feitelijk verloren. Dat Jeroen een behendige schwindelkoning is, hebben we dit seizoen al eerder kunnen aanschouwen – ook nu weer. De zwarte Koning kwam in een mat-net, waardoor de met promotie dreigende zwarte pion verorberd kon worden. Met 2 pionnen voor tegen de kwaliteit, maakte Jeroen’s tegenstander het hem een stuk makkelijker door in een paard-vork te stappen. 1-3

Johan voerde aanvankelijk langzaam de druk op op de zwarte stelling, maar zag geen mogelijkheden verder door te drukken. Hij zag zich genoodzaakt een remise-aanbod van zwart te accepteren. Daarmee was 3 Torens direct kampioen, en waren onze kansen verkeken.

In een klassieke franse partij haalde Rob wat lijnen door elkaar waardoor er een gecompliceerde partij ontstond. De 7-1 score die vereist werd zorgde ervoor dat Rob wat meer risico dan normaal nam, waardoor hij wel wat meer initiatief had maar objectief toch wel wat minder stond. Een zetherhaling rond zet 20 van zijn tegenstander zorgde ervoor dat Rob weer gelijk kwam te staan en het initiatief verder kon uitbouwen en compensatie kreeg voor het pionnetje dat hij vanuit de opening nooit terug heeft willen winnen. Tijdnood zorgde ervoor dat Rob flink moest forceren en een goede kans op de winst werd door hem verkeerd ingeschat. Nadat het duidelijk werd dat Nieuwerkerk niet meer kon winnen bood zwart remise aan wat Rob uiteindelijk met 3 minuten op de klok heeft aangenomen.

De partij van Cees ging op en neer. Kwalitatief niet hoogstaand, wel een spannend zooitje. De toren voorsprong leek fraai, maar de complexiteit van de stelling liet zien dat materiaal lang niet altijd alles zegt. De enige uitslag die niet voor de hand lag, remise, verscheen uiteindelijk wel op het wedstrijdformulier: remise.

In een opening die Leen startte vanuit wenen, maar via Rome in Boedapest aankwam kwam zwart na een poging van wit tot een overwicht op de koningsvleugel na een door wit geweigerd positioneel pionoffer gemakkelijk gelijk te staan. Na wat afruilen geïnitieerd vanuit beide kanten stond het pot remise. Omdat remise geen optie was gezien het verlies van Richard werd de stelling door zwart uitgemolken. Helaas werden de handjes niet teruggetrokken toen, nadat de stand op 1,5 punt voor WSV kwam te staan, dat melken geen zin meer had. Het resultaat was een onnodig verlies.

Daarmee hebben we met 3,5-4,5 van WSV gewonnen, en hebben we op bordpunten het kampioenschap aan de heren van 3 Torens moeten laten. Felicitaties aan hen, onder de streep zijn degenen met de meeste punten altijd de terechte kampioen. Ons eerste heeft ondanks de gemiste winst een prachtig seizoen gespeeld. Volgend jaar hopen we wederom in de bovenste regionen van de eerste klasse mee te draaien (en wellicht is dat stiekem aantrekkelijker dan vechten tegen degradatie in de promotieklasse?).  

Leave a Comment